Toen de moeder van Peter Van de Veire te horen kreeg dat ze kanker had, kwam dat stevig binnen. Het werd meteen duidelijk dat het om een kwaadaardige tumor ging en binnen de week werd die eruit gehaald.
“Het ligt wellicht aan mijn opvoeding, maar in een crisissituatie schakel ik automatisch over naar een doelgerichte, praktische modus. Hoe erg een probleem ook was, mijn ouders keken ernaar, stroopten hun mouwen op, en pakten het aan. Ik doe dat ook. En de emoties? Die komen, als het echt moet, later wel”, blikt Peter terug op die periode in Humo.
De emoties zijn inderdaad pas later gekomen. Pas toen Peter zijn moeder door het ziekenhuis zag schuifelen, besefte hij dat hij aan iets ergs was ontsnapt.
“Dat gevoel is tot op vandaag niet weggegaan. Ik merk aan alles dat mijn ouders ouder aan het worden zijn. Mijn pa is 82 en begint het fysiek lastig te krijgen. Hij heeft veel pijn. Dat zal wellicht niet meer verbeteren. En bij mijn moeder zal er altijd wel iets blijven sluimeren. Wat als de kanker terugkeert? Dat is erin geslopen. Raar, zulke irrationele ongerustheid. Vroeger kende ik dat niet.”